Een nalatenschap van legenden
Wat hebben U2, Thin Lizzy, Sinead O’Connor, The Frames, Imelda May, The Script en Kodaline gemeen? Nee, niet het talent (al hebben ze dat allemaal) en ook niet de stijl (al hebben ze dat ook). Het antwoord luidt: ze komen allemaal uit Dublin, een kleine stad met een groots muzikaal erfgoed.
Loop door de keienstraten van Temple Bar, bijvoorbeeld Essex Street of Crown Alley, en overal klinkt muziek. Je hoort de muziek uit de pub gonzen als de deur even opengaat, uit ramen ontsnappen en van de straatmuzikanten die op het plein spelen. Het bewijst allemaal dat Dublin een muziekmekka is. Of je nu houdt van rock, pop, indie, blues, jazz of trad, het is hier allemaal te vinden, live gespeeld, door muzikanten die pal voor je neus staan.
Om een idee te krijgen van wat muziek betekent voor Dublin, hoef je alleen maar de lowbudgetfilm Once te zien, die een Oscar won voor het beste liedje, Falling Slowly. Van straatmuzikanten die vol overgave in de stad spelen tot bewogen optredens in muziekwinkels: je ziet zelf al gauw dat in Dublin muziek een gedeelde passie is.
Het traditionele hart
Ierse traditionele folkmuziek is levendig, ritmisch en vol gevoel: het ene moment schiet je vol en het andere moment kun je niet stil blijven zitten. Dublin is verantwoordelijk voor aardig wat muzikale grootheden, maar de traditionele muziekgroep The Chieftains en folkhelden The Dubliners zijn een klasse apart.
Deze twee bands verspreidden de sound van Ierland over de wereld en werkten samen met grote namen als Bob Dylan en Willie Nelson. Ze beïnvloedden ook talloze artiesten, waaronder Sinéad O’Connor, een sean-nós (oude stijl) zangeres vermomd als rockster; The Corrs, die opgroeiden met trad muziek; en The Pogues, waarvan de uitgelaten versie van The Irish Rover met The Dubliners een absolute klassieker is.
Traditionele Ierse muziek viert het leven. En nergens zijn de mensen gekker op feesten dan in Dublin.